Voor sommige kinderen is het gebruik van een speentje onderdeel van bedtijd en bedtijd-routine. Als je kindje een speentje (ofwel fopspeen) gebruikt komt er een dag dat je die wilt gaan afbouwen. Maar, afbouwen van de speen hoe doe je dat? In deze blog lees je over voor- en nadelen van het gebruik van een speentje, wanneer en hoe je dit kunt gaan afbouwen.
Waarom een speentje?
Veel ouders kiezen ervoor om een speentje te introduceren. Een epidemiologische studie (Victora et al, 1997) toonde aan dat fopspeengebruik op de leeftijd van 1 maand gebruikelijk is bij 85% van de kinderen.
In de literatuur worden voor- en nadelen van speengebruik belicht (Adair, 2003):
Redenen waarom er voor een speentje wordt gekozen zijn:
- Het zuigen op een speen heeft een kalmerende werking.
- Zuigen op een speen kan helpen bij het inslapen .
- Het kan ongemak als gevolg van het krijgen van tandjes verlichten.
- Het biedt comfort tijdens stressvolle gebeurtenissen .
- Consistent speengebruik vermindert mogelijk het risico op wiegendood.
Nadelen van speengebruik:
- Introductie van een speentje vóór de leeftijd van 6 weken is geassocieerd met een daling in de duur van het geven van borstvoeding, mogelijk als gevolg van minder frequente voedingen per dag (Howard et al, 1999). De vrouwen in deze studie rapporteerden 12 weken na de bevalling vaker onvoldoende melk te produceren dan vrouwen die geen speentjes introduceerden.
- Speengebruik geeft een verhoogde kans op middenoorontsteking en andere infecties (let op hygiëne-richtlijnen).
- Speengebruik kan veranderingen geven in hoe de bovenkaak op de onderkaak sluit (en de tanden op elkaar vallen) en het weefsel in het mondgebied.
Speen en wiegendood
De discussie over speentjes is een ingewikkelde. De wereldgezondheidsorganisatie (WHO) raadt het gebruik van spenen bij baby’s die borstvoeding krijgen sterk af omdat speengebruik een risicofactor kan zijn voor het vroegtijdig stoppen met het geven van borstvoeding (Buccini et al., 2017). Aan de andere kant beveelt de American Academy of Pediatrics (AAP) aan om spenen te gebruiken om wiegendood (SIDS) te voorkomen en er is een algemene aanbeveling dat spenen kunnen worden geïntroduceerd nadat de borstvoeding goed is ingesteld, na ongeveer 3 tot 4 weken (Eidelman et al., 2012).
Onderzoekers stellen dat aanbevelingen voor het gebruik van spenen gebaseerd moeten zijn op een baten-risicobenadering die gericht is op de wisselwerking tussen speen-gerelateerde borstvoedingsuitkomsten en wiegendood.
Richtlijnen
Vooralsnog variëren de richtlijnen per regio m.b.t. het gebruik van speentjes.
- In de Verenigde staten wordt geadviseerd een speen te gebruiken bij elke slaap tot de leeftijd van een jaar omdat dit het risico op SIDS reduceert (Fleming et al., 1999; Li et al., 2006, Moon et al., 2012)
- In de UK wordt geadviseerd dat baby’s die gewoonlijk een speen gebruiken, die bij elke slaap zouden moeten gebruiken. Als een baby gewoonlijk een speen heeft en dan met een slaapje niet, dat verhoogt het risico (McGarvey et al., 2003).
- Baby’s die nooit een speen gebruikt hebben lopen geen verhoogd risico (McGarvey et al., 2003).
- Ook in Nederland wordt erkend dat er sterke aanwijzingen dat de fopspeen bij regelmatig gebruik een rol speelt bij de preventie van wiegendood. Er wordt geadviseerd dat bij borstgevoede kinderen uitstel van speengebruik in de eerste levensmaand aan te raden is om eerst de borstvoeding goed op gang te brengen. De speen zou daarna bij iedere slaapperiode moet aanbieden wanneer het kind gewend is een speen te gebruiken (Richtlijn: Preventie wiegendood).
Kortom, kies je ervoor je baby een speen te geven, doe dat dan bij elke slaap.
Wanneer kan je een speen weglaten?
Professor Helen Ball adviseert dit na 6 maanden te doen, dan is het grootste risico op SIDS voorbij. Daarvoor, als de baby gewoonlijk een speen heeft, geef je de speen bij elke slaap. In de VS wordt geadviseerd de speen het eerste jaar te gebruiken bij elke slaap. In de literatuur wordt aanbevolen het gebruik van spenen te staken op de leeftijd van 2-3 jaar om potentiële onomkeerbare gevolgen voor het gebit te beperken (Nelson, 2012).
Afbouwen van de speen, hoe doe je dat?
Kortom, sommige kinderen hebben wel een speentje en andere kinderen niet. Sommige kinderen weigeren speentjes waar ouders graag zouden zien dat ze een speentje zouden accepteren, terwijl andere kinderen speen-junkies zijn. Waar een speentje voor een baby onder de 6 maanden vooral een middel is om te kunnen zuigen, wordt het na deze leeftijd meer en meer een object dat genegenheid en veiligheid geeft voor het kind. Leeftijd speelt daarom ook mee in de manier waarop je een speentje wilt afbouwen, in die zin dat je wilt kijken naar welk alternatief je het kind biedt. Alternatieven voor het kalmeren met een speen bij jonge baby’s kunnen zijn: inbakeren, wiegen, muziek, zingen en baby-massage (Page, 2001). Bij oudere baby’s of kinderen denk je bij afbouwen meer aan afleiding met spel, activiteiten of het introduceren van andere objecten die genegenheid en veiligheid geven. Vaak zie je dat vooral in de eerste zes maanden de voordelen van speengebruik aanwezig zijn. Rond de leeftijd van 6-10 maanden worden nadelen van speengebruik groter dan de voordelen en deze stijgen na de leeftijd van 2 jaar (Page, 2001). Afbouwmethoden en bijbehorende mate van effectiviteit die in een studie (Degan & Puppin-Rontani, 2004) in de literatuur zijn beschreven omvatten:
- Cold turkey stoppen met het geven van een speen – 64% effectief
- Uitleg van de ouders aan het kind over het belang van stoppen met de speen – 38% effectief
- Een onplezierige smaak op de speen aanbrengen – 80% effectief
- Spontaan stoppen met de speen door het kind zelf
- Uitleg van een professional over het belang van stoppen met de speen aan het kind – 90% effectief
Deze studie toonde aan dat cold turkey de meest gebruikte manier was om de speen af te bouwen, maar dat uitleg van een professional aan het kind het meest effectief was. Het betrof daarbij kinderen van 24-47 maanden waarbij er werd afgebouwd.
Hoe bepaal je wanneer je wilt gaan afbouwen?
Het moment voor afbouwen van de speen is een persoonlijke keuze. Vaak vinden ouders een speen de eerste 6 maanden geen probleem. Maar daarna kan het anders worden. In het derde kwartaal van het eerste levensjaar van je kind is er heel veel ontwikkeling gaande. In deze periode kan speengebruik voor veel onrust zorgen, maar tegelijkertijd is dit een erg lastige tijd om speengebruik af te bouwen, en kan gepaard gaan met veel verdriet. Vooral de periode tot het moment dat je kind zelf de speen weet te vinden kan het zijn dat je de speen vaker dan je zou willen terug moet geven omdat je kleine hem kwijt is.
Tips voor bij het afbouwen:
Afbouwen kan zoals eerder beschreven op verschillende manieren. Als je kind oud genoeg is voor ‘uitleg’ dan is dat aan te bevelen, waarbij uitleg van een ‘professional’ dus het meest effectief gebleken is. Is je kind te jong voor uitleg dan adviseer ik te kiezen voor ofwel ‘cold turkey’ ofwel geleidelijk aan.
- De cold turkey methode is in theorie simpel: de speen verdwijnt. Punt. Wel kan je dit vooraf aankondigen als je kind er oud genoeg voor is, zodat angst en spanning zoveel mogelijk gereduceerd worden. Daarbij kan je een soort ‘afscheidsritueel’ maken waarbij je de aanloop naar het moment dat de speen verdwijnt kunt visualiseren op een kalender. Maak bijvoorbeeld een kalender voor een week, en visualiseer dat de speen op de laatste dag verdwijnt. De dag dat de speen verdwijnt kan er bijvoorbeeld een knuffeltje voor in de plaats komen (pas dit aan op je eigen situatie en op waar de voorkeuren van je kind liggen). Een andere manier is om te vertellen over de speentjesfee, deze fee haalt speentjes op en legt daarvoor in de plaats een cadeautje onder het kussen. Bereid je voor op een aantal dagen van veel verdriet, en zorg ervoor dat je er voor je kindje bent door te troosten en te knuffelen!
- De geleidelijke methode:
-
- Kies eerst voor afbouwen bij het slaapje dat meestal makkelijk verloopt (vaak is dat het eerste slaapje van de dag als er nog meerdere slaapjes zijn, maar dit verschilt per kind). Verwijder de speen uit de mond van je kindje als hij/zij bijna slaapt. Het kan zijn dat hij/zij wakker wordt; troost en help je kindje om de slaap te vinden. Lukt het dan ga je elke keer iets eerder de speen uit zijn/haar mond halen. Lukt het niet, dan probeer je het de volgende keer opnieuw. Lukt dit slaapje goed dan pak je er een tweede slaapje bij, etcetera.
- Gaan de slaapjes overdag goed zonder speentje dan is bedtijd aan de beurt. Waken in de nacht kan je gelijk meepakken, ofwel later doen, deze zijn immers voor zowel ouders als kind het lastigst.
-
Welke manier je ook kiest, in beide gevallen wil je alternatieven aanbieden om het kind te kunnen kalmeren, je neemt immers iets weg wat je kleintje comfort en veiligheid geeft (zie eerder). Bouw niet af als je kind ziek is of er bijzondere of stressvolle omstandigheden zijn.
Referenties:
Adair, S. M. (2003). Pacifier use in children: a review of recent literature. Pediatric dentistry, 25(5), 449-458.
Buccini, G. D. S., Pérez‐Escamilla, R., Paulino, L. M., Araujo, C. L., & Venancio, S. I. (2017). Pacifier use and interruption of exclusive breastfeeding: Systematic review and meta‐analysis. Maternal & Child Nutrition, 13(3), e12384.
Degan, V. V., & Puppin-Rontani, R. M. (2004). Prevalence of pacifier-sucking habits and successful methods to eliminate them—a preliminary study. Journal of dentistry for children, 71(2), 148-151.
Eidelman, A. I., Schanler, R. J., Johnston, M., Landers, S., Noble, L., Szucs, K., & Viehmann, L. (2012). Breastfeeding and the use of human milk. Pediatrics, 129(3), e827–e841.
Fleming, P. J., Blair, P. S., Pollard, K., Platt, M. W., Leach, C., Smith, I., … & CESDI SUDI Research Team. (1999). Pacifier use and sudden infant death
Howard, C. R., Howard, F. M., Lanphear, B., deBlieck, E. A., Eberly, S., & Lawrence, R. A. (1999). The effects of early pacifier use on breastfeeding duration. Pediatrics, 103(3), e33-e33.
Li, D. K., Willinger, M., Petitti, D. B., Odouli, R., Liu, L., & Hoffman, H. J. (2006). Use of a dummy (pacifier) during sleep and risk of sudden infant death syndrome (SIDS): population based case-control study. Bmj, 332(7532), 18-22.
Mcgarvey, C., McDonnell, M., Chong, A., O’Regan, M., & Matthews, T. (2003). Factors relating to the infant’s last sleep environment in sudden infant death syndrome in the Republic of Ireland. Archives of Disease in Childhood, 88(12), 1058-1064.
Moon, R. Y., Tanabe, K. O., Yang, D. C., Young, H. A., & Hauck, F. R. (2012). Pacifier use and SIDS: evidence for a consistently reduced risk. Maternal and child health journal, 16, 609-614.
Nelson, A. M. (2012). A comprehensive review of evidence and current recommendations related to pacifier usage. Journal of pediatric Nursing, 27(6), 690-699.
Page, J. P. (2001). Pacifiers and breastfeeding. JAMA, 286(3).
Victora, C. G., Behague, D. P., Barros, F. C., Olinto, M. T. A., & Weiderpass, E. (1997). Pacifier use and short breastfeeding duration: cause, consequence, or coincidence?. Pediatrics, 99(3), 445-453.
Wil je mij volgen?
Like en volg me op Facebook, Instagram en abonneer je op de nieuwsbrief. Geen spam, enkel de nieuwe blogs boordevol tips en informatie rondom slapen en opvoeding. En je ontvangt ook nog eens gratis de gids ‘Verander de slaap van je kind zonder slaaptraining’.
Is deze blog interessant voor iemand die je kent? Deel deze blog gerust met anderen. Zie de buttons voor delen onderaan de blog.

Over Consuela Hendriks
Consuela Hendriks is BIG-geregistreerd GZ-psycholoog, orthopedagoog en gecertificeerd slaapcoach. Ze is ruim 20 jaar werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg. Met haar jarenlange ervaring in haar praktijk voor psychologische en pedagogische hulpverlening, diagnostiek en 1e en 2e lijnsbehandeling voor kinderen, jongeren en jongvolwassenen heeft zij veel gezinnen mogen ondersteunen bij ontwikkelings- en opvoedingsvraagstukken, waaronder slaapproblematiek. Haar expertise en ervaring ligt niet alleen op het gebied van zich 'normaal' ontwikkelende kinderen maar tevens op het gebied van kinderen met ontwikkelingsstoornissen.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.