In de natuur zien we dat de relatie tussen moeder en baby van cruciaal belang is voor de overleving en ontwikkeling van het jong. Dit geldt voor alle zoogdieren, van olifanten en leeuwen tot onze trouwe huisdieren, de hond. Voor de meeste zoogdieren is het volkomen natuurlijk dat het jong dicht bij de moeder blijft, afhankelijk van haar voor warmte, voeding en bescherming. Bij mensen echter wordt deze fundamentele behoefte van de pasgeborene vaak in de eerste dagen of weken na de geboorte al niet erkend (Barry, 2019; Norholt, 2020). Baby’s worden zelfs vaak snel gescheiden van hun moeder, soms onder het mom van medische zorg of maatschappelijke verwachtingen. Maar wat betekent dit voor de neurobiologische ontwikkeling van het kind? En waarom vinden we het bij andere dieren vaak ‘zielig’ als een jong te vroeg van zijn moeder gescheiden wordt, terwijl we bij baby’s deze scheiding vanzelfsprekend vinden (McKenna et al., 1993)?
Moeder-baby relaties bij zoogdieren
Laten we eens kijken naar het gedrag van andere zoogdieren. Olifanten bijvoorbeeld, blijven jarenlang dicht bij hun moeder, terwijl babyleeuwen afhankelijk zijn van hun moeder voor zowel voeding als emotionele veiligheid. Deze band is essentieel voor hun ontwikkeling. En bij puppy’s of kittens wordt het als zielig en onnatuurlijk beschouwd om ze vroegtijdig van hun moeder te scheiden. Dierenliefhebbers (en ook commerciële fokkers) vinden het onacceptabel als een jonge pup te snel bij zijn moeder wordt weggedragen, omdat we weten dat dit grote invloed heeft op hun gedrag, gezondheid, emotionele stabiliteit en sociale ontwikkeling (Norholt, 2020; Olza-Fernández et al., 2014). Waarom vinden we het dan normaal om deze scheiding bij mensenbaby’s te versnellen? Baby’s worden vaak direct na de geboorte gescheiden van hun moeder voor allerlei procedures, zoals het wegen, meten of in sommige gevallen medische zorg, zonder dat de baby eerst de kans krijgt om in de armen van zijn moeder te liggen en zich veilig te voelen (Barry, 2021). Dit gebeurt in een samenleving die de nadruk legt op het zo snel mogelijk ‘zelfstandig maken’ van het kind, zonder rekening te houden met de enorme stress die dit voor een pasgeborene kan betekenen (Hunter et al., 2011; Morgan et al., 2011). Het voelt vreemd dat we bij dieren, die ook intense hechtingsbehoeften hebben, de scheiding als problematisch beschouwen, terwijl we ditzelfde gedrag bij mensen vaak niet ter discussie stellen.
De impact van scheiding op de neurologie van een baby
Neurowetenschappelijk onderzoek laat zien hoe de eerste momenten na de geboorte bepalend zijn voor de hersenontwikkeling van een baby (Ilyka et al., 2021). Het is niet alleen belangrijk dat een baby wordt gevoed, maar ook dat het zich veilig voelt (Pierrehumbert et al., 2012; Ulmer-Yaniv et al., 2023). De aanwezigheid van de moeder biedt niet alleen lichamelijke voeding, maar ook emotionele voeding die cruciaal is voor een gezonde neurobiologische ontwikkeling. De nabijheid van de moeder helpt de baby om de overgang van de warme, beschermde omgeving van de baarmoeder naar de wereld daarbuiten te maken.
Wanneer deze band wordt verstoord door scheiding, vooral in de vroege uren en dagen, kan dit ernstige gevolgen hebben voor de neurologische ontwikkeling van het kind. Bij baby’s die gescheiden worden van hun moeder, is er vaak een aanzienlijke toename van cortisol, het stresshormoon (Morgan et al., 2011). Hoewel cortisol in kleine hoeveelheden nuttig is om met acute stress om te gaan, kan een langdurige verhoogde cortisolproductie leiden tot beschadiging van de hersenen, vooral de rechterhersenhelft, die verantwoordelijk is voor het verwerken van emoties en het reguleren van stress (Lupien et al., 2018).
Cortisol en chronische stress: gevolgen voor de ontwikkeling
Chronische blootstelling aan verhoogd cortisol heeft verwoestende effecten. Het verstoort niet alleen de ontwikkeling van de hersenen, maar beïnvloedt ook de manier waarop een kind omgaat met stress op latere leeftijd. Onderzoek heeft aangetoond dat langdurige stress de ontwikkeling van de rechterhersenhelft kan verstoren, wat leidt tot een verhoogde stressreactiviteit en een verhoogd risico op angststoornissen en andere emotionele problemen (Hunter et al., 2011; Lupien et al., 2018; Pierrehumbert et al., 2012).
De vroege scheiding van de moeder kan dus de basis leggen voor een levenslange verhoogde gevoeligheid voor stress. Dit komt doordat de baby geen veilige hechtingsfiguur heeft om zich aan vast te houden in stressvolle situaties. Zonder die veilige basis wordt het moeilijker om later als volwassene met moeilijke emoties om te gaan. De gevolgen zijn soms ernstig, met langdurige effecten op de geestelijke gezondheid.
De langetermijngevolgen van te snelle “onafhankelijkheid”
De maatschappij legt de nadruk op onafhankelijkheid, maar die onafhankelijkheid komt vaak veel te vroeg voor jonge kinderen. We verwachten van kinderen dat ze snel “zelfstandig” worden, ook al heeft de natuur anders bepaald. Dit dwingt een niveau van onafhankelijkheid af dat voor de meeste andere zoogdieren ondenkbaar is. Het probleem is dat deze geforceerde zelfstandigheid geen rekening houdt met de fundamentele biologische behoeften van een baby (Barry, 2021; Norholt, 2020). Net zoals we zouden vinden dat een jonge pup te vroeg bij zijn moeder weghalen schadelijk is, zou hetzelfde moeten gelden voor mensenbaby’s. Ze hebben hun moeder nodig om zich veilig te voelen, hun stress te reguleren en hun emotionele veerkracht te ontwikkelen.
In plaats van deze onafhankelijke en vaak stressvolle aanpak, zouden we moeten streven naar een benadering die de veilige hechting van de baby bevordert. Dit betekent het minimaliseren van onnodige scheidingen en het geven van tijd voor moeder en kind om zich aan elkaar te binden in de eerste levensmomenten. Ouders moeten ondersteund worden in hun rol als primaire zorgverleners, en zorginstellingen moeten het belang van deze hechting erkennen door ruimte te geven voor meer lichamelijke nabijheid, vooral in de eerste uren na de geboorte.
Medische zorg: wanneer scheiding noodzakelijk is
Hoewel de invloed van scheiding vaak schadelijk kan zijn, zijn er situaties waarin medische zorg noodzakelijk is voor het welzijn van de baby. In gevallen waarin een baby medische hulp nodig heeft, zoals bij ademhalingsproblemen of andere complicaties, kan een scheiding van de moeder tijdelijk noodzakelijk zijn (Moore et al., 2016; Phillips, 2013). Dit kan beangstigend zijn voor ouders, maar het is belangrijk om te begrijpen dat deze scheiding, hoewel verdrietig, in veel gevallen tijdelijk is en gericht op het herstel van de baby. Wanneer de medische zorg is afgerond en het kind zich stabiliseert, kan de hechtingsrelatie vaak worden hersteld door een periode van intensieve nabijheid en verzorging (Norholt, 2020; Scime et al., 2019).
Dit wil echter niet zeggen dat scheiding altijd zonder gevolgen is; het benadrukt simpelweg dat in geval van medische noodzaak, de hechting niet verloren hoeft te gaan (Ferber & Makhoul, 2004). Er is herstel mogelijk wanneer ouders en zorgverleners zich bewust zijn van het belang van de postnatale hechting en de juiste stappen ondernemen om de band met het kind zo snel mogelijk weer te versterken. Dit herstelproces kan plaatsvinden door huid-op-huidcontact, gezamenlijke verzorging, en door de ouders actief te betrekken bij het herstel van hun baby, zodra dat medisch mogelijk is (Kuo et al., 2022; Føreland et al., 2022).
Wat kunnen we doen?
De oplossing ligt in het erkennen van de fundamentele biologische behoeften van een baby. In plaats van te snel te streven naar onafhankelijkheid, zouden we moeten werken aan het bevorderen van veilige hechting. Dit betekent het minimaliseren van onnodige scheidingen en het geven van tijd voor moeder/primaire opvoeder en kind om zich aan elkaar te binden in de eerste levensmomenten. Wanneer medische zorg vereist is, moeten ouders erop kunnen vertrouwen dat de hechtingsrelatie wordt ondersteund en hersteld zodra de situatie het toelaat.
Scheiding en slaaptraining: de link met separatie
Veel moeders krijgen de instructie om hun baby direct na de geboorte in een wiegje of zelf op een aparte kamer te leggen voor slaapjes overdag of in de nacht. In sommige gevallen wordt dit gedaan onder het mom van “zelfstandigheid” of “zelf leren slapen”, maar dit is in strijd met de natuur van hechting en nabijheid.
Dit is een voorbeeld van culturele normen die voorbijgaan aan de biologische behoeften van zowel moeder als kind. Waar in sommige westerse samenlevingen onafhankelijkheid en het ‘zelf kunnen slapen’ van baby’s sterk worden benadrukt, zien andere culturen de langdurige nabijheid van de moeder als een fundamenteel aspect van de ontwikkeling van een kind (Barry, 2021). In veel culturen wordt het als normaal gezien dat moeders hun baby’s dichtbij houden, zelfs tijdens het slapen, om zo de hechting te bevorderen en te zorgen voor een veilige en gezonde ontwikkeling (D’Souza et al., 2023). Slaaptraining is een onderwerp waar scheiding vaak als techniek wordt toegepast. Met name technieken die gebaseerd zijn op het ‘laten huilen’ of gecontroleerd huilen, hebben een fundament van separatie: het kind wordt vaak alleen gelaten om te leren ‘zichzelf te kalmeren’. Dit kan leiden tot een kortstondige vermindering van huilgedrag, maar de langetermijngevolgen voor de hechting kunnen negatief zijn (Akdoğan, 2018; Norholt, 2020). Slaaptraining kan leiden tot verhoogde stress bij zowel het kind als de ouder, met negatieve gevolgen voor de hechting en het vertrouwen tussen ouder en kind. Het idee achter slaaptraining is dat kinderen leren om zichzelf te kalmeren, maar de realiteit is vaak dat dit de onderliggende behoefte van het kind aan nabijheid en geruststelling negeert.
Hechting en ontwikkeling: wat kunnen we doen?
Wat kunnen ouders dan doen om een gezonde hechting te bevorderen, zonder gebruik te maken van slaaptraining? Het antwoord ligt in het erkennen van de biologische en emotionele behoeften van het kind en het volgen van een benadering die deze respecteert. Hier komt de wetenschappelijke benadering van hechting en slaap in het spel. In plaats van rigide slaapmethodes die de hechting kunnen verstoren, kunnen ouders/verzorgers kiezen voor benaderingen die gericht zijn op het versterken van de band tussen hen en hun baby.
Praktische stappen zoals huid-op-huid contact, gezamenlijke slaap, en het afstemmen op de signalen van een kind kunnen wonderen doen voor zowel de hechting als de slaap van het kind (Barry, 2019, 2021; Norholt, 2020) . Dit zorgt ervoor dat het kind zich veilig voelt en op zijn natuurlijke ritmes kan slapen, zonder het onderdrukken van de behoefte aan nabijheid en comfort. Door deze benaderingen toe te passen, versterken ouders niet alleen de hechting, maar ondersteunen ze ook de gezonde ontwikkeling van de hersenen van hun baby.
Conclusie
Samenvattend kunnen we veel leren van andere zoogdieren die de noodzaak van continue nabijheid en hechting erkennen. Pas als we het belang van die vroege band begrijpen en respecteren, kunnen we een generatie opvoeden die emotioneel veerkrachtiger en neurologisch gezonder is.
In mijn werk sta ik voor een hechtingsgerichte aanpak van slaap, waarbij ik ouders ondersteun om een liefdevolle en responsieve benadering te kiezen, zowel voor de slaap van hun kind als in andere opvoedingsaspecten. Slaap is veel meer dan alleen het in slaap laten vallen van je kindje; het is een kans voor verbinding, veiligheid en emotionele stabiliteit. In de Online Intensive: Beter Slapen vanuit Hechtings- en Ontwikkelingsbasis deel ik wetenschappelijke inzichten en praktische tools die ouders kunnen helpen om de slaap van hun kinderen te verbeteren zonder gebruik te maken van schadelijke separatie-gebaseerde technieken. Deze cursus biedt een holistische en wetenschappelijk onderbouwde benadering die ouders helpt om een diepere band met hun kind op te bouwen, met respect voor de natuurlijke slaapbehoeften en ontwikkelingsstadia. Je kunt het volledige cursusmateriaal raadplegen om te ontdekken hoe je deze principes in je eigen gezin kunt toepassen.
Meer leren over baby- en kinderslaap
Als je meer wilt weten over hoe je de slaap van je baby kunt optimaliseren zonder gebruik te maken van slaaptraining of separatietechnieken (zoals je baby laten huilen, niet of uitgesteld reageren), dan heb ik een waardevolle bron voor je. Mijn cursus, de ‘Online Intensive: beter slapen vanuit hechtings- en ontwikkelingsbasis’, richt zich op het verbeteren van slaap door middel van wetenschappelijk onderbouwde methoden die zowel responsief als afgestemd zijn op de behoeften van je kind. Ik nodig je uit om meer te ontdekken en te leren hoe je een slaapomgeving kunt creëren die zowel gezond als natuurlijk is voor jouw baby. Met de juiste kennis en benadering, kan elke ouder bijdragen aan het optimaliseren van de slaap van zijn baby, waarbij je streeft naar wat biologisch gezien haalbaar is in plaats van moedwillig iets te trainen. Als je nieuwsgierig bent geworden en meer wilt leren, kijk dan eens naar mijn Online Intensive.
Referenties:
Akdoğan, G. Y. (2018). To intervene or not to intervene: Effects of behavioural sleep interventions on infant attachment quality. Doctoral dissertation, University of Canterbury.
Barry, E. S. (2021). Sleep consolidation, sleep problems, and co-sleeping: Rethinking normal infant sleep as species-typical. The Journal of Genetic Psychology, 182(2), 91-106.
Barry, E. S., & McKenna, J. J. (2022). Using complexity science to understand the role of co-sleeping (bedsharing) in mother-infant co-regulatory processes. Infant Behavior and Development, 60, 101441.
D’Souza, L., & Cassels, T. (2023). Contextual considerations in infant sleep: Offering alternative interventions to families. Sleep Health, 9(1), 23-32.
Ferber, S. G., & Makhoul, I. (2004). The effect of skin-to-skin contact (kangaroo care) shortly after birth on the neurobehavioral responses of the term newborn: A randomized, controlled trial. Pediatrics, 113(4), 858–865.
Føreland, A. M., Engesland, H., & others. (2022). Postpartum experiences of early skin-to-skin contact and the traditional separation approach after a very preterm birth: A qualitative study among mothers. Global Qualitative Nursing Research.
Hunter, A. L., Minnis, H., & Wilson, P. (2011). Altered stress responses in children exposed to early adversity: A systematic review of salivary cortisol studies. Stress, 14(6), 614-626.
Ilyka, D., Johnson, M. H., & Lloyd-Fox, S. (2021). Infant social interactions and brain development: A systematic review. Neuroscience & Biobehavioral Reviews.
Kuo, S. F., Chen, I. H., Chen, S. R., & Chen, K. H. (2022). The effect of paternal skin-to-skin care: A systematic review and meta-analysis of randomized control trials. Advances in Neonatal Care.
Lupien, S. J., Juster, R. P., Raymond, C., & Marin, M. F. (2018). The effects of chronic stress on the human brain: From neurotoxicity, to vulnerability, to opportunity. Frontiers in neuroendocrinology, 49, 91-105.
McKenna, J. J., Thoman, E. B., & Anders, T. F. (1993). Infant-parent co-sleeping in an evolutionary perspective. Sleep, 16(3), 263-270.
Moore, E. R., Bergman, N., & Anderson, G. C. (2016). Early skin-to-skin contact for mothers and their healthy newborn infants. Cochrane Database of Systematic Reviews, 2016(11).
Morgan, B. E., Horn, A. R., & Bergman, N. J. (2011). Should Neonates Sleep Alone? Biological Psychiatry, 70(9), 817–825.
Norholt, H. (2020). Revisiting the roots of attachment: A review of the biological and psychological effects of maternal skin-to-skin contact and carrying of full-term infants. Infant Behavior and Development, 60, 101441.
Olza-Fernández, I., Gabriel, M. A. M., Gil-Sanchez, A., & others. (2014). Neuroendocrinology of childbirth and mother–child attachment. Frontiers in Psychology, 5, 125.
Phillips, R. (2013). The sacred hour: Uninterrupted skin-to-skin contact immediately after birth. Newborn and Infant Nursing Reviews, 13(2), 67–72.
Pierrehumbert, B., Torrisi, R., & Ansermet, F. (2012). Adult attachment representations predict cortisol and oxytocin responses to stress. Attachment & Human Development, 14(5), 453-476.
Scime, N. V., Gavarkovs, A. G., & Chaput, K. H. (2019). The effect of skin-to-skin care on postpartum depression among mothers of preterm or low birthweight infants: A systematic review and meta-analysis. Journal of Affective Disorders, 247, 21–29.
Ulmer-Yaniv, A., Yirmiya, K., Peleg, I., et al. (2023). Developmental Cascades Link Maternal–Newborn Skin-to-Skin Contact with Young Adults’ Psychological Symptoms. Biology, 12(6), 847.
Foto van Jairo Alzate via Unsplash
Wil je mij volgen?
Like en volg me op Facebook, Instagram en abonneer je op de nieuwsbrief. Geen spam, enkel de nieuwe blogs boordevol tips en informatie rondom slapen en opvoeding. En je ontvangt ook nog eens gratis de gids ‘Verander de slaap van je kind zonder slaaptraining’.
Is deze blog interessant voor iemand die je kent? Deel deze blog gerust met anderen. Zie de buttons voor delen onderaan de blog.
Online cursussen
Gidsen
-
Toevoegen aan winkelwagen
€ 14,95Oorspronkelijke prijs was: € 14,95.€ 9,50Huidige prijs is: € 9,50. -
Toevoegen aan winkelwagen
€ 19,50Oorspronkelijke prijs was: € 19,50.€ 16,00Huidige prijs is: € 16,00.
Over Consuela Hendriks
Consuela Hendriks is BIG-geregistreerd GZ-psycholoog, orthopedagoog en gecertificeerd slaapcoach. Ze is ruim 20 jaar werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg. Met haar jarenlange ervaring in haar praktijk voor psychologische en pedagogische hulpverlening, diagnostiek en 1e en 2e lijnsbehandeling voor kinderen, jongeren en jongvolwassenen heeft zij veel gezinnen mogen ondersteunen bij ontwikkelings- en opvoedingsvraagstukken, waaronder slaapproblematiek. Haar expertise en ervaring ligt niet alleen op het gebied van zich 'normaal' ontwikkelende kinderen maar tevens op het gebied van kinderen met ontwikkelingsstoornissen.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.