dromenvanger

Wat is REM-slaap en waarom dromen we?

Eerder schreef ik al een blog met wat uitleg over slaap en de biologie van slaap (lees de blog hier). In deze blog leg ik uit wat REM-slaap is, waarvoor het dient en waarom we dromen.

De slaapcyclus

We slapen allemaal in cycli, in perioden waarin we verschillende stadia van slaap doorlopen. Eén zo’n cyclus wordt een slaapcyclus genoemd. De lengte van zo’n slaapcyclus verschilt per leeftijd. Zo’n cyclus bestaat uit NREM-slaap en REM-slaap. In deze blog meer uitleg over REM-slaap. In een latere blog zal ik de NREM-slaap belichten.

Wat is REM-slaap?

REM is een afkorting voor Rapid Eye Movement, vertaald snelle oogbewegingen, wat gelijk één van de kenmerken is van REM-slaap. Het is de slaapfase binnen een slaapcyclus waarbij je ogen snelle bewegingen maken. Dit gebeurt niet constant maar verloopt in fasen (Stevens & Hening, 2007).

Fasische REM-slaap

Deze fasische REM-slaap gebeurtenissen worden gekenmerkt door ‘uitbarstingen’ van horizontale en verticale oogbewegingen, spiertrekkingen (ondanks de spierverlamming waarover straks meer) specifieke hersengolven (zogenaamde ponto-geniculo-occipitale spikes) en schommelingen in ademhalingsfrequentie, hartslag en bloeddruk. 

Tonische REM-slaap

Naast die fasische REM-slaap gebeurtenissen zijn er tonische REM-slaap gebeurtenissen. Deze REM-slaap wordt gekenmerkt een tijdelijke spierverlamming terwijl het brein wel erg actief is, vergelijkbaar met waaktoestand.

REM-slaap atonie

Tijdens de REM-slaap wordt er gedroomd (tijdens NREM slaap ook maar op een andere manier). REM-slaap is een actievere vorm van slaap. Als je het brein bekijkt tijdens deze slaapfase, ziet het er qua activiteit uit alsof je wakker bent, of zelfs actiever. Een groot verschil is echter dat je hersenen ervoor zorgen dat je spieren tijdelijk zo goed als verlamd worden, zodat je je dromen niet gaat ‘uitvoeren’ en superhelden-daden gaat verrichten waar je over droomt. Dit wordt ook wel REM-slaap atonie (=spierslapte) genoemd. Uiteraard worden niet alle spieren lamgelegd, het middenrif (betrokken bij ademhaling), de oogspieren en spieren die verantwoordelijk zijn voor het krijgen van een erectie werken nog wel (vaak krijgen mannen een erectie tijdens REM-slaap). In sommige gevallen, bij mensen met het REM Behaviour Syndrome/Disorder (Mahowald & Schenck, 1989), werkt het mechanisme dat de spieren verlamt niet goed en kan de persoon in kwestie dus wel actief zijn, uit bed springen of zelfs agressief worden. Maar als alles goed werkt, droom je zonder je droom in werkelijkheid uit te voeren. Kortom, tijdens REM slaap is het centrale zenuwstelsel heel actief maar het motorisch systeem wordt in een staat van spierverlamming geforceerd.

Jonge baby’s hebben nog geen volledige REM-slaap atonie (Kohyama et al., 1999). De tijdelijke spierverlamming die bij volwassenen optreedt zie je bij baby’s nog niet. Zij kunnen juist erg beweeglijk zijn tijdens REM-slaap. Ze hebben die verlamming ook nog niet nodig (ze kunnen hun dromen fysiek nog niet uitvoeren en dus vormt het geen bedreiging). Vaak zie je meer tijdelijke spierverlamming ontwikkelen zo rond het eerste levensjaar (dan wordt het kind ook mobieler).

Wanneer heb je REM-slaap?

Buiten het gegeven dat de totale hoeveelheid REM-slaap verschilt per leeftijd (pasgeborenen zo’n 50%, volwassenen zo’n 20%), kan je in theorie in elke slaapcyclus REM-slaap hebben. Echter hangt de hoeveelheid REM-slaap per slaapcyclus samen met het moment van de dag waarop de slaapcyclus wordt geslapen. In het eerste deel van de nacht heb je proportioneel meer NREM-slaap terwijl je in het tweede deel van de nacht proportioneel meer REM-slaap hebt. Met andere woorden, vroeg in de nacht heb je maar weinig REM-slaap terwijl je in de ochtend veel REM-slaap hebt en dus levendig kunt dromen.

Nachtmerries

Tijdens de REM-slaap slaap je lichter. Je bent gemakkelijker te wekken dan bij de diepe NREM-slaap. Soms wordt je ook wakker tijdens de REM-slaap. In zulke gevallen weet je soms ook dat je gedroomd hebt, je kunt het je herinneren. Nachtmerries zijn ook dromen. Een nachtmerrie is een angstige droom, een parasomnie die zich tijdens REM-slaap voordoet, waardoor je meestal wakker wordt. Aangezien je proportioneel de meeste REM-slaap hebt in het laatste deel van de nacht, zie je daar ook vaker nachtmerries optreden.

Functies van REM-slaap, waarom dromen we?

  • Er wordt gedacht dat een belangrijke functie van dromen tijdens de REM-slaap geheugenconsolidatie is, ofwel het overzetten van informatie naar het lange termijn geheugen (Tilley & Empson, 1978). Echter is het bewijs daarvoor niet evident en zijn er ook studies die dit niet aantonen (Siegel, 2001; Vertes & Eastman, 2000). Desalniettemin wordt aangenomen dat REM-slaap een rol speelt bij geheugen, temeer omdat de hippocampus, een hersenstructuur die belangrijk is bij de opslag van informatie en autobiografische herinneringen, en de gebieden daar omheen oplichten tijdens de REM-slaap op een MRI-scan.
  • REM-slaap is belangrijk voor je emotionele welbevinden. Je ziet tijdens een MRI dan ook de de amygdala en het gebied daaromheen in de hersenen (betrokken bij het ontstaan en verwerken van emoties) oplichten tijdens REM-slaap. Er wordt verondersteld dat het dromen tijdens de REM-slaap er voor zorgt dat de emotionele lading van gebeurtenissen wordt afgehaald of verzacht wordt, zodat deze gebeurtenissen beter kunnen worden verwerkt. Dromen functioneert daarmee als een soort verwerkingstherapie, een nachtje er over slapen kan dus een vervelende ervaring milder maken.
  • Een andere functie van REM-slaap is het ‘wegsnoeien’ van onnodige neurale (ofwel neuronale) netwerken (Crick & Mitchison 1983). Dit wordt ook wel het proces van synaptic pruning genoemd. Elke zenuwcel in de hersenen (neuron) maakt veel verbindingen met andere zenuwcellen, maar niet elke verbinding is functioneel. De verbindingen die niet gebruikt worden of functioneel zijn worden tijdens de REM-slaap weggesnoeid. Aan de andere kant worden neurale verbindingen die wel functioneel zijn versterkt en behouden, wat belangrijk is voor leren en ontwikkeling (Li et al, 2017).
  • De prefrontale cortex wordt gedeactiveerd tijdens de REM-slaap (nog meer tijdens de NREM-slaap), of in ieder geval de delen van de prefrontale cortex die betrokken zijn bij rationeel denken en hoger cognitief functioneren (Muzur et al, 2002). Daarom zijn je dromen ook niet logisch en ordelijk, heb je minder zelfbewustzijn en is je analytisch denken verstoord: er gebeuren vreemde zaken waarover controle ontbreekt.
  • Er zijn wellicht nog vele onderliggende functies van REM-slaap die tot op heden nog onduidelijk zijn. De wetenschap op dit gebied gaat echter snel, en er zal in de toekomst steeds meer duidelijk worden.

Conclusie

REM-slaap is een belangrijk onderdeel van onze slaap. Het heeft verschillende functies waarvan een groot deel waarschijnlijk nog niet bekend is. Wel weten we dat we REM-slaap nodig hebben. Als we kunstmatig de REM-slaap verstoren, waardoor er een ‘tekort’ aan REM-slaap ontstaat, zal je lichaam dat later willen inhalen, blijkt uit onderzoek (Beersma et al, 1990). Dus de boodschap is, zorg voor slaap en blijf vooral dromen!

Referenties:

Beersma, D. G. M., Dijk, D. J., Blok, C. G. H., & Everhardus, I. (1990). REM sleep deprivation during 5 hours leads to an immediate REM sleep rebound and to suppression of non-REM sleep intensity. Electroencephalography and clinical neurophysiology76(2), 114-122.

Crick, F., & Mitchison, G. (1983). The function of dream sleep. Nature304(5922), 111-114.

Kohyama, J., Tachibana, N., & Taniguchi, M. (1999). Development of REM sleep atonia. Acta neurologica scandinavica99(6), 368-373.

Li, W., Ma, L., Yang, G., & Gan, W. B. (2017). REM sleep selectively prunes and maintains new synapses in development and learning. Nature neuroscience20(3), 427.

Mahowald, M. W., & Schenck, C. H. (1989). REM Sleep behavior disorder, in principles and practices of sleep medicine. Edited by Kryger MH, Roth T, Dement WC Philadelphia.

Muzur, A., Pace-Schott, E. F., & Hobson, J. A. (2002). The prefrontal cortex in sleep. Trends in cognitive sciences6(11), 475-481.

Siegel, J. M. (2001). The REM sleep-memory consolidation hypothesis. Science294(5544), 1058-1063.

Stevens, S., & Hening, W. A. (2007). Sleep and wakefulness. In textbook of Clinical neurology (pp. 21-33). WB Saunders.

Tilley, A. J., & Empson, J. A. C. (1978). REM sleep and memory consolidation. Biological psychology6(4), 293-300.

Vertes, R. P., & Eastman, K. E. (2000). The case against memory consolidation in REM sleep. Behavioral and Brain Sciences23(6), 867-876.

Wil je mij volgen?

Like en volg me op FacebookInstagram en abonneer je op de nieuwsbrief. Geen spam, enkel de nieuwe blogs boordevol tips en informatie rondom slapen en opvoeding. En je ontvangt ook nog eens gratis de gids  ‘Verander de slaap van je kind zonder slaaptraining’.

Is deze blog interessant voor iemand die je kent? Deel deze blog gerust met anderen. Zie de buttons voor delen onderaan de blog.

Heb jij een vroege vogel thuis?

Kijk eens bij de online cursus Vroeg Ochtend-Ontwaken van Slaap Zoet™. Leer je vroege vogel begrijpen. Krijg inzicht in welke processen het vroege ontwaken van je kind beïnvloeden en leer veranderingen aan te brengen om vroeg wakker worden te veranderen.

cover online cursus hechting

Meer weten over hechting?

Kijk eens bij de online cursus Hechting van Slaap Zoet™. Leer over de basisprincipes van hechting en gehechtheid, ontdek wat hechting te maken heeft met slaap en leer hoe gehechtheid zich ontwikkelt.

Slaap Zoet Consuela Hendriks Gz-psycholoog Orthopedagoog Droomritmecoach Slaapcoach

Over Consuela Hendriks

Consuela Hendriks is BIG-geregistreerd GZ-psycholoog, orthopedagoog en gecertificeerd slaapcoach. Ze is ruim 20 jaar werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg. Met haar jarenlange ervaring in haar praktijk voor psychologische en pedagogische hulpverlening, diagnostiek en 1e en 2e lijnsbehandeling voor kinderen, jongeren en jongvolwassenen heeft zij veel gezinnen mogen ondersteunen bij ontwikkelings- en opvoedingsvraagstukken, waaronder slaapproblematiek. Haar expertise en ervaring ligt niet alleen op het gebied van zich 'normaal' ontwikkelende kinderen maar tevens op het gebied van kinderen met ontwikkelingsstoornissen.

Delen:
Scroll naar boven